De historische uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen laat zien hoe verdeeld Nederland is. Die verdeeldheid blijft niet beperkt tot de politiek: ook op de werkvloer kunnen de verschillen in mening voelbaar zijn. Toch hoeft dat geen probleem te zijn. Polarisatie kan juist een bron van beweging zijn, als je daar als leidinggevende goed mee omgaat.
Veel leidinggevenden maken de fout om spanningen te vermijden. Ze denken: als ik er geen aandacht aan geef, gaat het vanzelf wel weg. Maar het tegenovergestelde gebeurt. Alles wat genegeerd wordt, gaat broeien. Aan de lunchtafel kan dat leiden tot frustraties, roddel of een gevoel van uitsluiting. Dat tast uiteindelijk het werkplezier en de samenwerking aan.
De oplossing ligt in het bespreekbaar maken van die spanning, zonder oordeel. Niet de inhoud van het politieke debat moet centraal staan, maar wat het doet met de samenwerking. Wie voelt zich veilig om iets te zeggen, en wie trekt zich terug? Daar moet je als leidinggevende aandacht aan besteden.
Dit is vooral belangrijk nu er zoveel maatschappelijke polarisatie is in Nederland. Hoe je als werkgever ruimte geeft aan verschillende perspectieven, hangt ook weer af van de samenstelling van het personeel. Een starter van generatie Z heeft weer andere behoeften dan een werknemer die bijna met pensioen gaat. Dit kan het risico met zich meebrengen dat jong talent vertrekt als ze zich niet veilig en gewaardeerd voelen op de werkvloer. Op deze krappe arbeidsmarkt kunnen werkgevers dat niet gebruiken.
Vermijden is dus geen optie. Leiderschap betekent dat leiders de spanning durven te benoemen. Als leidinggevenden verschillen niet als probleem zien, maar als bron van energie, ontstaat er juist verbinding. Dat is wat teams in deze tijd nodig hebben.
ANP nieuws

